Ces principes devraient établir que les établissements de crédit et les entreprises d’investissement peuvent appliquer les dispositions d’une manière différente en fonction de leur taille, de leur organisation interne, ainsi que de la nature, de la portée et de la complexité de leurs activités et qu’il peut notamment s’avérer disproportionné que les entreprises d’investissement visées à l’article 20, paragraphes 2 et 3, de la directive 2006/49/CE respectent tous ces principes.
In deze beginselen moet worden onderkend dat kredietinstellingen en beleggingsondernemingen de bepalingen op verschillende wijze mogen toepassen, afhankelijk van hun omvang, interne organisatie en de aard, de reikwijdte en de complexiteit van hun activiteiten, en in het bijzonder dat het voor kredietinstellingen of beleggingsondernemingen als bedoeld in artikel 20, leden 2 en 3, van Richtlijn 2006/49/EG wellicht niet in verhouding is om alle beginselen na te leven.