Art. 3. Si, suite aux constatations du vétérinaire agréé visé à l'article 2, l'animal se révèle suspect, le vétérinaire informe immédiatement l'unité provinciale de contrôle compétente de l'Agence de ses constatations et des informations de l'enquête épidémiologique dont il dispose conformément aux dispositions de l'arrêté royal du 3 février 2014 désignant les maladies des animaux soumises à l'application du chapitre III de la loi du 24 mars 1987 relative à la santé des animaux et portant règlement de la déclaration obligatoire.
Art. 3. Indien volgens de bevindingen van de erkende dierenarts bedoeld in artikel 2 het dier verdacht is, licht de dierenarts onmiddellijk de bevoegde provinciale controle-eenheid van het Agentschap in over zijn vaststellingen en de elementen van het epidemiologisch onderzoek waarover hij beschikt in overeenstemming met het koninklijk besluit van 3 februari 2014 tot aanwijzing van de dierenziekten die vallen onder de toepassing van hoofdstuk III van de dierengezondheidswet van 24 maart 1987 en tot regeling van de aangifteplicht.