Par dérogation au point 3, alinéas 1 et 2, un nombre initialement minimal d'échantillons à prélever par groupe d'espèces animales (bovins et solipèdes/porcins/ovins et caprins) sur base annuelle est défini pour les abattoirs de faible capacité.
In afwijking op punt 3, eerste en tweede lid, wordt in de slachthuizen met een geringe capaciteit een op jaarbasis aanvankelijk minimaal te nemen aantal monsters per diersoortengroep (runderen en eenhoevigen/varkens/schapen en geiten) bepaald.