À cet égard, la Grèce illustre bien la fausseté du mythe des prétendues convergence et cohésion entre les États membres de l’UE. Son produit intérieur brut par habitant s’élevait à 44,78% du PIB moyen de la Communauté en 1960, puis à 71,79% en 1980, avant son adhésion à ce que l’on appelait alors la CEE, pour ensuite redescendre à seulement 66,59% une vingtaine d’années plus tard, en 2002.
Onthullend voor het sprookje van de zogenaamde convergentie en cohesie van de lidstaten van de EU is het voorbeeld van Griekenland, waar het bruto nationaal product per hoofd van de bevolking in 1960 44,78 procent was van het communautair gemiddelde, in 1980, kort voor de toetreding tot de toenmalige EEG 71,79 procent en in 2002, twintig jaar later, slechts 66,59 procent.