– de contrôler régulièrement le bon fonctionnement de l'espace européen de justice, et d'agir lorsque l'indépendance du pouvoir judiciaire est menacée dans un État membre, dans le but d'éviter une diminution de la confiance mutuelle entre les autorités judiciaires nationales, ce qui entraverait inévitablement l'application correcte des instruments européens en matières de reconnaissance mutuelle et de coopération transfrontalière;
– de correcte werking van de Europese rechtsruimte geregeld te controleren en maatregelen te nemen indien de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in een lidstaat onder druk komt te staan, om te voorkomen dat het wederzijds vertrouwen tussen nationale gerechtelijke autoriteiten afneemt, wat onvermijdelijk belemmeringen zou opwerpen voor de juiste toepassing van de instrumenten van de EU op het gebied van wederzijdse erkenning en grensoverschrijdende samenwerking;