L'interrogatoire est mené par le juge d'instruction, assisté de son greffier et éventuellement d'agents de la force publique, hors la présence du ministère public, de la partie civile et des avocats des parties, sauf si la personne interrogée demande qu'ils soient présents et si le juge d'instruction n'y voit pas d'inconvénient.
De ondervraging door de onderzoeksrechter, bijgestaan door zijn griffier en eventueel door agenten van de openbare macht, vindt plaats buiten de aanwezigheid van het openbaar ministerie, van de burgerlijke partij en van de advocaten van de partijen, behalve indien de ondervraagde persoon vraagt dat zij aanwezig zouden zijn en indien de onderzoeksrechter daartegen geen bezwaar heeft.