En ce qui concerne les exercices d'imposition en litige, l'Etat belge a revu sa position et taxé d'office l'intimée sur la base de l'article 10, § 1 , de la Convention du 10 mars 1964, à la suite d'une lettre adressée le 13 avril 2005 aux services centraux belges de l'Administration de la fiscalité des entreprises et des revenus par l'administration fiscale française.
Met betrekking tot de in het geding zijnde aanslagjaren heeft de Belgische Staat zijn standpunt herzien en de geïntimeerde op grond van artikel 10, § 1, van de Overeenkomst van 10 maart 1964 ambtshalve belast, ingevolge een brief die op 13 april 2005 door de Franse belastingadministratie naar de Belgische centrale diensten van de Administratie van de ondernemings- en inkomensfiscaliteit is gestuurd.