Ces "mesures raisonnables” peuvent se limiter - lorsque le pays de la contrepartie applique des obligations d'identification équivalentes - à demander le nom et l'adresse du client, mais il peut y avoir lieu, lorsque ces obligations ne sont pas équivalentes, d'exiger de la contrepartie un certificat confirmant que l'identité du client a été dûment vérifiée et enregistrée.
Deze "redelijke maatregelen” kunnen gaan van het eenvoudig opvragen van naam en adres van de cliënt wanneer in het land een gelijkwaardige identificatieplicht geldt, tot het verlangen van een attest van de tegenpartij waaruit blijkt dat de identiteit van de cliënt naar behoren is geverifieerd en geregistreerd wanneer in het betrokken land geen gelijkwaardige identificatieplicht geldt.