Art. 19. § 1. Par dérogation aux articles 1 et 5 de l'arrêté du Régent du 30 mars 1950
réglant l'octroi d'allocations pour prestations à titre exceptionnel, aux articles 1 et 6 de l'arrêté royal du 26 mars 1965 portant réglementation générale des indemnités et allo
cations quelconques accordées au personnel des ministères, et à l'article 6 de l'arrêté royal du 19 novembre 1998 relatif aux congés et absences accordés aux membres du personnel des administrations de l'Etat, il est alloué pour les prestations effectuées les samedis, dima
...[+++]nches et jours fériés ainsi que durant la période du 27 décembre au 31 décembre et durant une dispense de service accordée par le ministre qui a la fonction publique dans ses attributions, une allocation horaire dont le montant est fixé comme suit :Art. 19. § 1. In afwijking van de artikelen 1 en 5 van het besluit van de Regent van 30 maart
1950 de toekenning regelend van toelagen wegens buitengewone prestaties, van de artikelen 1 en 6 van het koninklijk besluit van 26 maart 1965 houdende de algemene regeling van de vergoedingen en toelagen van alle aard toegekend aan het personeel der ministeries en van artikel 6 van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen, wordt voor de prestaties die op zaterdagen, zondagen en feestdagen evenals tijdens de periode van 27 december tot 31 december
...[+++]en gedurende een door de minister tot wiens bevoegdheid de ambtenarenzaken behoren toegekende dienstvrijstelling verricht worden, een uurtoelage toegekend waarvan het bedrag als volgt wordt bepaald :