Dans sa question, l'honorable membre a cité la directive 80/155/CEE du 21 janvier 1980, en vertu de laquelle notre pays doit veiller à ce qu'au cours de leur formation, les accoucheuses acquièrent une connaissance suffisante des sciences sur lesquelles les activités de l'art obstétrical reposent, à savoir l'obstétrique et la gynécologie.
Het geachte lid haalde in zijn vraag de richtlijn 80/155/EEG van 21 januari 1980 aan krachtens dewelke ons land dient te waarborgen dat de vroedvrouwen gedurende hun opleidingstijd «voldoende kennis hebben verworven van de wetenschappen waarop de werkzaamheden van de verloskunde berusten, met name de verloskunde en de gynaAgalev-Ecologie».
