Vertaling van "l'article 266 troisième " (Frans → Nederlands) :

255) À l'article 266, troisième alinéa, les mots « à la demande de la Commission » sont remplacés par « sur proposition de la Commission », les mots « conformément à une procédure législative spéciale » sont insérés après « l'unanimité » et les mots « articles 4, 11 et 12 et l'article 18, paragraphe 5, des » sont supprimés.
255) In artikel 266, derde alinea, wordt « op verzoek van de Commissie » vervangen door « op voorstel van de Commissie », wordt na « statuten » toegevoegd « volgens een bijzondere wetgevingsprocedure » en worden de woorden « de artikelen 4, 11 en 12 en artikel 18, lid 5, van » geschrapt.

Art. 12. A l'article 266 du même statut, le troisième alinéa est complété par les mots suivants : « qui suivront l'évolution générale des échelles de traitement de la SDRB».
Art. 12. In artikel 266, derde lid, van ditzelfde statuut wordt een zin toegevoegd die als volgt luidt : « Deze weddeschalen volgen de algemene ontwikkeling van de weddeschalen van de GOMB».

28. Modification du Protocole sur les statuts de la Banque européenne d'investissement (Article 266 [308], troisième alinéa) (Article 266, troisième alinéa TCE)
28. Wijziging van het protocol inzake het statuut van de Europese Investeringsbank (art. 266 [308], derde alinea) (art. 266, derde alinea EGV)

26. Modification du Protocole sur les statuts de la Banque européenne d'investissement (Article III-393, quatrième alinéa) (Article 266, troisième alinéa TCE)
26. Wijziging van het protocol inzake het statuut van de Europese Investeringsbank (art. III-393, vierde alinea) (art. 266, derde alinea EGV)

A l'article 266, § 5, du même décret, la troisième et dernière phrase est abrogée.
In artikel 266, § 5 van hetzelfde decreet wordt de derde, tevens laatste zin opgeheven.

La troisième question préjudicielle dans l'affaire n° 2294 porte sur la compatibilité des articles 265, § 3, et 266 de la L.G.D.A. avec les articles 10 et 11 de la Constitution, « en tant que ces dispositions considèrent que le juge pénal est encore compétent pour statuer sur l'action civile à l'issue d'un prononcé au pénal ».
De derde prejudiciële vraag in de zaak nr. 2294 betreft de bestaanbaarheid van de artikelen 265, § 3, en 266 van de A.W.D.A. met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, « inzoverre dat deze bepalingen de strafrechter nog bevoegd achten om uitspraak te doen over de civielrechtelijke rechtsvordering, na strafrechtelijke uitspraak ».

La troisième question préjudicielle dans l'affaire n° 2294 (article 265, § 3, et 266 de la L.G.D.A.)
De derde prejudiciële vraag in de zaak nr. 2294 (artikelen 265, § 3, en 266 van de A.W.D.A.)