« Art. 101. Le juge de la jeunesse de l'application peut, par ordonnance, supprimer, modifier, maintenir ou suspendre les mesures au fond prévues à l'article 70, § 1, 2º, les sanctions visées à l'article 71, les sanctions spéciales visées à l'article 77 ainsi que les peines visées à l'article 83, § 1, 2º.
« Art. 101. De uitvoeringsjeugdrechter kan bij beschikking de maatregelen ten gronde bedoeld in artikel 70, § 1, 2º, de sancties bedoeld in artikel 71, de bijzondere sancties bedoeld in artikel 77 en de straffen bedoeld in artikel 83, § 1, 2º, opheffen, wijzigen, handhaven of schorsen.