Art. 18. Pour gara
ntir une fonction d'audit interne indépendante à l'égard de chaque entité d'un groupe, l'organe légal d'administration de chaque entité du groupe soumise au contrôle prudentiel est tenu de veiller à ce que, soit a) chaque entité crée une fonction d'audit
interne propre, qui rende compte à l'organe légal d'administration de l'entité du groupe et informe le responsable de la fonction d'audit interne du groupe, soit b) la fonction d'audit interne du groupe exerce les activités
...[+++]d'audit interne requises auprès d'une ou de plusieurs entités du groupe d'une manière telle que l'organe légal d'administration de cette entité du groupe puisse prendre ses responsabilités légales et réglementaires pour l'audit interne de l'entité du groupe.Art. 18. Om een ona
fhankelijke interne auditfunctie ten aanzien van elk onderdeel van een groep te waarborgen, dient het wettelijk bestuursorgaan van elk onderdeel van de groep dat onderworpen is aan prudentieel toezicht er over te waken dat, ofwel a) elk onderdeel een eigen
interne auditfunctie opzet, die verantwoording is verschuldigd aan het wettelijk bestuursorgaan van het groepsonderdeel en het hoofd van de
interne auditfunctie van de groep informeert, ofwel b) de
interne auditfunctie van de groep de vereiste
interne auditactivi
...[+++]teiten uitvoert bij één of meer onderdelen van de groep op een zodanige manier dat het wettelijk bestuursorgaan van dat groepsonderdeel zijn wettelijke en reglementaire verantwoordelijkheden kan opnemen voor de interne audit van het groepsonderdeel.