7. rappelle sa position selon laquelle l'accord d'association entre l'Union européenne et l'Azerbaïdjan actuellement en cours de négociation devrait inclure des clauses et des critères sur la protection et la promotion des droits de l'homme, en particulier eu égard à la liberté des médias et à la liberté d'expression, d'association et de réunion, qui reflètent les principes et les droits inscrits dans la Constitution de l'Azerbaïdjan et les engagements pris par ce pays dans le cadre du Conseil de l'Europe et de l'OSCE;
7. herhaalt zijn standpunt dat de associatieovereenkomst tussen de EU en Azerbeidzjan waarover momenteel wordt onderhandeld clausules en benchmarks dient te omvatten met betrekking tot de bescherming en de bevordering van de mensenrechten, met name op het vlak van de vrijheid van de media en het recht op vrijheid van meningsuiting, vereniging en vergadering, in overeenstemming met de beginselen en rechten die zijn vastgelegd in de grondwet van Azerbeidzjan en de door Azerbeidzjan aangegane verplichtingen in het kader van de Raad van Europa en de OVSE;