2. est convaincu que la confiance des consommateurs et des entreprises est la clé d'une croi
ssance durable et d'emplois pérennes dans l'Union européenne; fait observer que l'insuffisance de la demande intérieure, qui résulte du manque de confiance des consommateurs et des investisseurs, est l'un des problèmes majeurs auxquels l'économie européenne est confrontée ces dernières années; estime qu'une consommation responsable
dans le cadre d'une politique de dé
veloppement durable doit être ...[+++] dopée par la promotion de politiques appropriées visant à restaurer la confiance et qu'elle doit
être encouragée par les augmentations de revenu induites par le développement de la productivité et de l'emploi; est d'avis que la politique des consommateurs de l'Union européenne doit tenir compte de l'actuel besoin de protection des consommateurs tout en favorisant leur rôle moteur d'acteurs dynamiques
dans l'économie de marché;
2. ziet het vertrouwen van consument en van het bedrijfsleven als de allereerste voorwaarden voor duurzame groei en werkgelegenheid in de EU; wijst erop dat een van de fundamentele problemen waarmee de Europese economie zich in de afgelopen jaren geconfronteerd zag een te geringe binnenlandse vraag was wegens een gebrek aan vertrouwen bij consument en investeerder; denkt dat een verantwoordelijke groei van de consumptie, in het kader van een beleid voor duu
rzame ontwikkeling, moet worden bevorderd door een passend beleid tot herstel van het vertrouwen en door verhoogde inkomsten, gekoppeld aan meer productiviteit en werkgelegenheid; i
...[+++]s van mening dat de EU bij haar consumentenbeleid een evenwicht moet zoeken tussen de noodzaak tot bescherming van de consumenten en die om aan deze consumenten de nodige vaardigheden te verlenen om op dynamische wijze vorm te geven aan de markteconomie;