[18] La création de 190 000 emplois dans l'agriculture, de 46 000 emplois dans la production et la distribution des biocarburants et de 14 000 emplois dans l'industrie alimentaire serait contrebalancée par la perte de 35 000 emplois dans les services, de 21 000 emplois dans le secteur des carburants classiques, de 16 000 emplois dans les transports, de 14 000 emplois dans le secteur énergétique et de 22 000 dans d'autres secteurs d'activité.
[18] De stijging van de werkgelegenheid met 190 000 in de landbouw, 46 000 bij de productie en distributie van biobrandstoffen en 14 000 in de levensmiddelenindustrie wordt gecompenseerd door dalingen van 35 000 bij diensten, 21 000 in de conventionele brandstoffensector, 16 000 in het vervoer, 14 000 in de energiesector en 22 000 in andere industriebranches.