Les exemptions en matière d'eurovignette sont réglées par l'article 5 de la loi susmentionnée, dont le premier paragraphe stipule que « sont exemptés de l'eurovignette : les véhicules affectés exclusivement à la défense nationale, aux services de la protection civile et d'intervention en cas de catastrophes, aux services de la lutte contre les incendies et autres services de secours, aux services responsables du maintien de l'ordre public et aux services d'entretien et d'exploitation des routes et identifiés comme tels ».
De vrijstellingen inzake eurovignet worden geregeld door artikel 5 van de bovenvermelde wet, waarbij het eerste lid bepaalt dat « van het eurovignet zijn vrijgesteld : de voertuigen uitsluitend bestemd voor de landsverdediging, voor de diensten van de burgerbescherming en de rampeninterventie, voor de brandweerdiensten en andere hulpdiensten, voor de diensten die verantwoordelijk zijn voor de handhaving van de openbare orde en voor de diensten voor onderhoud en beheer van de wegen en die als zodanig geïdentificeerd zijn ».