3. relève que, dans le contexte du réexamen à mi-parcours du cadre financier pluriannuel prévu dans la déclaration annexée à l'Accord interinstitutionnel du 17 mai 2006 sur la discipline budgétaire et la bonne gestion financière, un renforcement de l'enveloppe financière prévue pour les programmes dans le domaine de l'éducation pourrait être envisagé, en fonction des résultats du suivi et de l'évaluation des programmes;
3. merkt op dat bij de tussentijdse evaluatie van het meerjarig financieel kader die werd voorzien in de verklaring bij het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer, een verhoging van de financiële middelen voor onderwijsprogramma's kan worden overwogen, afhankelijk van de resultaten van de opvolging en de evaluatie van het programma;