1. Les États membres peuvent exempter ou autoriser leurs autorités compétentes à exempter de l’application de tout ou partie des procédures et conditions fixées aux articles 3, 4, 5 et 7 de la présente directive, à l’exception des articles 20, 22, 23 et 24 de la directive 2007/64/CE, et autoriser des personnes morales à être inscrites dans le registre des établissements de monnaie électronique, si les deux conditions suivantes sont respectées:
1. De lidstaten kunnen geheel of gedeeltelijk ontheffing verlenen of toestaan dat hun bevoegde autoriteiten geheel of gedeeltelijk ontheffing verlenen van de toepassing van de procedures en voorwaarden neergelegd in de artikelen 3, 4, 5 en 7 van deze richtlijn, met uitzondering van de artikelen 20, 22, 23 en 24 van Richtlijn 2007/64/EG, en toestaan dat rechtspersonen in het register voor instellingen voor elektronisch geld worden ingeschreven, wanneer aan de twee volgende voorwaarden is voldaan: