« La loi du 27 juin 1969 (révisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs), en son article 30ter, viole-t-elle les articles 10 et 11 de la Constitution combinés avec l'article 6 de la Convention européenne de sauvega
rde des droits de l'homme et des libertés fondamentales, et, combinés avec les principes généraux du droit, tels le principe du raisonnable et le principe de proportionnalité, en ce que l
a société opposante pourrait se trouver privée d'une juridiction belge disposant d'une saisine
...[+++]suffisante pour un contrôle effectif de la cause et de la décision et, partant, serait ainsi privée du respect des principes d'égalité et de non-discrimination ?« Schendt artikel 30ter van de wet van 27 juni 1969 (tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en in samenhang gelezen met de algemene rechtsbeginselen zoals het redelijkheidsbeginsel en het evenredi
gheidsbeginsel, in zoverre de verzetdoende vennootschap een Belgisch rechtscollege zou kunnen worden ontnomen dat over voldoende rechtsmacht beschikt voor een daadwerkelijke toetsing van de zaak en van de be
...[+++]slissing, en bijgevolg aldus verstoken zou zijn van de inachtneming van de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie ?