Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Lire alinéa

Vertaling van "l'indemnité d'expropriation doit " (Frans → Nederlands) :

La moins-value de la portion non expropriée, résultant de l'expropriation, doit en effet déjà être contenue dans l'indemnité d'expropriation qu'il doit recevoir pour la partie expropriée (B.12 et B.13.1).

De waardevermindering van het niet-onteigende deel, ten gevolge van de onteigening, moet immers reeds vervat zijn in de onteigeningsvergoeding die hij voor het onteigende deel heeft ontvangen (B.12 en B.13.1).


La dépréciation de cette portion, du fait de l'expropriation, doit en effet, selon la jurisprudence de la Cour de cassation citée en B.12, être déjà contenue dans l'indemnité d'expropriation qu'il a reçue pour la portion expropriée.

De waardevermindering van dat deel, ten gevolge van de onteigening, moet immers volgens de rechtspraak van het Hof van Cassatie vermeld in B.12 reeds vervat zijn in de onteigeningsvergoeding die hij voor het onteigende deel dient te ontvangen.


Elle peut faire l'objet d'une estimation préalable en cas d'acquisition par exercice d'un droit de préemption. b. En cas d'aliénation, la règle du plus d'offrant est d'application. c. En cas d'acquisition, le juste prix doit être la règle. d. Dans le cadre d'une procédure d'expropriation ou lors de l'acquisition de « biens expropriables », les CPAS peuvent attribuer une indemnité de remploi, intégrée au montant de l'estimation étab ...[+++]

Ze kan vooraf worden geschat in het geval van verwerving bij uitoefening van een voorkooprecht. b. In geval van vervreemding is de regel van de hoogstbiedende van toepassing. c. In geval van verwerving dient de billijke prijs de regel te zijn. d. In het kader van een onteigeningsprocedure of bij de verwerving van "onteigenbare goederen", kunnen de OCMW's een hergebruiksvergoeding toekennen die in het bedrag van de door het GCAO opgestelde schatting is opgenomen.


Les auteurs de l'amendement proposent donc de maintenir la possibilité d'action en révision dans le chef de chacune des parties impliquées par l'expropriation, ce qui implique la suppression de l'article 3 de la proposition (à l'exception du paragraphe relatif aux dispositions procédurables applicables à l'action en révision), et le remplacement de son article 4 par une disposition offrant un nouveau libellé à l'article 21 de la loi du 26 juillet 1962 visant à faire en sorte que, en cas de réduction de l'indemnité d'expropriation par ...[+++]

Ze stellen dus voor de mogelijkheid van een vordering tot herziening voor beide bij de onteigening betrokken partijen te behouden. Dat betekent dat artikel 3 van het voorstel vervalt (behalve de paragraaf over de procedurebepalingen betreffende de vordering tot herziening) en dat artikel 4 wordt vervangen door een bepaling die artikel 21 van de wet van 26 juli 1962 anders formuleert, zodat bij vermindering van de onteigeningsvergoeding bij rechterlijke beslissing alleen het bedrag van de eigenlijke vergoeding moet worden terugbetaald doch geen enkele vorm van interesten.


« Art. 21. ­ Si au cours de la procédure, l'indemnité d'expropriation est diminuée par décision judiciaire et que l'exproprié est dès lors condamné au remboursement du trop-perçu, seule la différence entre le montant de l'indemnité définitive et le montant de l'indemnité provisoire doit être restituée, à l'exception de tout intérêt sur la somme ainsi due en principal».

« Art. 21. ­ Indien in de loop van de procedure, de onteigeningsvergoeding bij rechterlijke uitspraak wordt verminderd en de onteigende dan ook wordt veroordeeld tot terugbetaling van het bedrag dat hij teveel heeft ontvangen, moet alleen het verschil tussen het bedrag van de definitieve vergoeding en het bedrag van de voorlopige vergoeding worden terugbetaald, met uitsluiting van elke interest op de aldus verschuldigde hoofdsom».


« Art. 21. — Si au cours de la procédure, l'indemnité d'expropriation est diminuée par décision judiciaire et que l'exproprié est dès lors condamné au remboursement du trop-perçu, seule la différence entre le montant de l'indemnité définitive et le montant de l'indemnité provisoire doit être restituée, à l'exclusion de tout intérêt sur la somme ainsi due en principal »».

« Art. 21. — Indien in de loop van de procedure, de onteigeningsvergoeding bij rechterlijke uitspraak wordt verminderd en de onteigende dan ook wordt veroordeeld tot terugbetaling van het bedrag dat hij teveel heeft ontvangen, moet alleen het verschil tussen het bedrag van de definitieve vergoeding en het bedrag van de voorlopige vergoeding worden terugbetaald, met uitsluiting van elke interest op de aldus verschuldigde hoofdsom »».


« Art. 21. — Si au cours de la procédure, l'indemnité d'expropriation est diminuée par décision judiciaire et que l'exproprié est dès lors condamné au remboursement du trop-perçu, seule la différence entre le montant de l'indemnité définitive et le montant de l'indemnité provisoire doit être restituée, à l'exception de tout intérêt sur la somme ainsi due en principal».

« Art. 21. — Indien in de loop van de procedure, de onteigeningsvergoeding bij rechterlijke uitspraak wordt verminderd en de onteigende dan ook wordt veroordeeld tot terugbetaling van het bedrag dat hij teveel heeft ontvangen, moet alleen het verschil tussen het bedrag van de definitieve vergoeding en het bedrag van de voorlopige vergoeding worden terugbetaald, met uitsluiting van elke interest op de aldus verschuldigde hoofdsom».


Une action en remboursement de l'indemnité provisoire d'expropriation préjudicie à une application bien comprise de l'article 16 de la Constitution, qui prévoit que l'autorité expropriante doit indemniser intégralement l'exproprié (au moins pour le transfert de possession) avant le transfert de propriété (2).

Een vordering tot terugbetaling van de voorlopig vastgestelde onteigeningsvergoeding doet afbreuk aan een welbegrepen toepassing van artikel 6 van de Grondwet waarbij wordt bepaald dat de onteigende vóór de eigendomsoverdracht volledig moet worden vergoed (minstens voor de bezitsoverdracht) door de onteigenende overheid (2).


- « Les articles 1017, § [lire : alinéa] 1, et 1022 du Code judiciaire violent-ils les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, combinés avec l'article 1 du Protocole additionnel du 20 mars 1952 à la Convention de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales, signée à Paris et approuvée par la loi du 13 mai 1955, dans l'interprétation selon laquelle l'exproprié à l'égard duquel est fixée une indemnité d'expropriation provisoire inférieure au montant demandé par celui-ci doit être considéré comme partie succombante q ...[+++]

- « Schenden de artikelen 1017, § 1 [lees : eerste lid], en 1022 van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Aanvullend Protocol van 20 maart 1952 bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, ondertekend te Parijs en goedgekeurd bij de wet van 13 mei 1955, aldus geïnterpreteerd dat de onteigende ten aanzien van wie een voorlopige onteigeningsvergoeding wordt vastgesteld die lager is dan door hem/haar gevraagd als in het ongelijk gestelde partij moet worden aanzien die aan de onteigenaar een forfaitaire rechtsplegingsvergoedi ...[+++]


- « Les articles 1017, § 1, et 1022 du Code judiciaire violent-ils les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, combinés avec l'article 1 du Protocole additionnel du 20 mars 1952 à la Convention de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales, signée à Paris et approuvée par la loi du 13 mai 1955, dans l'interprétation selon laquelle l'exproprié à l'égard duquel est fixée une indemnité d'expropriation provisoire inférieure au montant demandé par celui-ci doit être considéré comme partie succombante qui doit verser u ...[+++]

- « Schenden de artikelen 1017, § 1, en 1022 van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Aanvullend Protocol van 20 maart 1952 bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, ondertekend te Parijs en goedgekeurd bij de wet van 13 mei 1955, aldus geïnterpreteerd dat de onteigende ten aanzien van wie een voorlopige onteigeningsvergoeding wordt vastgesteld die lager is dan door hem/haar gevraagd als in het ongelijk gestelde partij moet worden aanzien die aan de onteigenaar een forfaitaire rechtsplegingsvergoeding verschuldigd is ?


w