Le présent règlement s'applique à la demande des opérateurs qui peuvent prouver à la satisfaction de l'autorité compétente qu'ils n'ont pas pu entamer ou terminer les opérations de mise en stock dans les délais prévus à l'article 4 du règlement (CEE) n° 3444/90, en raison des mesures de protection prévues par les décisions 1999/363/CE, 1999/368/CE, 1999/389/CE, 1999/390/CE et 1999/449/CE ainsi que de l'interdiction d'abattage instaurée par les autorités belges.
Deze verordening wordt toegepast op verzoek van de marktdeelnemers die ten genoegen van de bevoegde autoriteit kunnen bewijzen dat zij, ten gevolge van de beschermende maatregelen als bedoeld in de Beschikkingen 1999/363/EG, 1999/368/EG, 1999/389/EG, 1999/390/EG en 1999/449/EG en het door de Belgische autoriteiten ingestelde slachtverbod, de inslag niet binnen de in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 3444/90 bepaalde termijnen hebben kunnen beginnen of hebben kunnen beëindigen.