Concrètement, l’OE vérifie formellement l’existence de « nouveaux éléments » qui ne pouvaient être mentionnées lors d’une demande d’asile antérieure et, le cas échéant, il transmet le dossier au Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides (CGRA), qui statue alors sur le fond de la demande.
In casu gaat DVZ vormelijk na of er nieuwe elementen zijn die in een vorige procedure niet gegeven kon worden en stuurt in de positieve gevallen het dossier door naar het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS), dat zich dan ten gronde uitspreekt over de nieuwe asielaanvraag.