La déclaration rappelle les normes fondamentales du travail identifiées lors du sommet de Copenhague et en énonce l'application universelle. Autrement dit, l'ensemble des membres de l'OIT, même lorsqu'ils n'ont pas ratifié les conventions de base, du seul fait de leur appartenance à l'OIT, sont tenus de promouvoir et de réaliser les principes concernant les droits fondamentaux dont font l'objet lesdites conventions.
In de verklaring wordt herinnerd aan de fundamentele arbeidsnormen die op de topconferentie in Kopenhagen werden aangegeven, en wordt uitdrukking gegeven aan de universele toepassing ervan. Met andere woorden, alle leden van de IAO, zelfs al hebben ze de basisverdragen niet geratificeerd, zijn alleen al vanwege hun lidmaatschap van de IAO gehouden de beginselen betreffende de fundamentele rechten waarover de genoemde verdragen handelen, te bevorderen en te verwezenlijken.