5. constate toutefois avec préoccupation que la Commission veut étendre le chapitre concurrence, en fonction de sa compétence, aux prestations des services publics de base; rappelle que la notion de concurrence n'est pas incompatible avec l'existence d'aspects sociaux, spécialement dans le cadre des marchés publics;
5. stelt desalniettemin met bezorgdheid vast dat de Europese Commissie het hoofdstuk mededinging op basis van haar bevoegdheden sterker dan tot nu toe tot de diensten van algemeen belang wil uitbreiden; wijst er nogmaals op dat het denkbeeld mededinging niet onverenigbaar is met het bestaan van sociale perspectieven, met name in het kader van overheidsaanbestedingen;