3. En ce qui concerne la question de la surveillance directe des établissements ou des infrastructures ayant une portée paneuropéenne, la Commission établit, en tenant compte de l'évolution du marché, de la stabilité du marché intérieur et de la cohésion de l'Union dans son ensemble, un rapport annuel sur l'opportunité de conférer à l'Autorité d'autres responsabilités en matière de surveillance dans ce domaine.
3. Met betrekking tot het rechtstreeks toezicht op instellingen of infrastructuren met een Europese reikwijdte stelt de Commissie, in het licht van de marktontwikkelingen, de stabiliteit van de interne markt en de cohesie van de Unie, jaarlijks een verslag op over de vraag of de autoriteit meer toezichttaken op dit gebied moet krijgen.