28. réaffirme la nécessité de renforcer la coopération et l’interaction entre le Parlement, le Conseil, la Commission et les États membres, afin que les citoyens se reconnaissent dans les principaux projets et dans les activités quotidiennes de l’UE et que l’action de l’UE, si elle est jugée nécessaire, soit ciblée et utile; souligne que le dialogue avec la société civile est essentiel pour rétablir la confiance dans le marché unique;
28. herhaalt dat het noodzakelijk is om de samenwerking en wisselwerking tussen Parlement, Raad, Commissie en de lidstaten te versterken, zodat de burgers zich meer betrokken voelen bij de belangrijkste projecten en de dagelijkse activiteiten van de EU en om ervoor te zorgen dat maatregelen van de EU, indien zij noodzakelijk geacht worden, gericht en nuttig zijn; onderstreept dat de dialoog met het maatschappelijk middenveld essentieel is voor het herstel van het vertrouwen in de interne markt;