49. Il s'ensuit que, lorsque, comme dans l'affaire au principal, un Etat membre adopte des mesures de soutien en faveur de la cogénération et des sources d'énergie renouvelables s'inscrivant dans un cadre tel que celui établi, d'une part, par la directive 2004/8, notamment son article 7, et, d'autre part, par la directive 2001/77, en particulier son article 4, et met ainsi en o
euvre le droit de l'Union, il doit respecter le principe d'égalité de traitement et de non-discr
imination notamment consacré aux articles 20 et 21 de la Charte
...[+++](voir, en ce sens, arrêt du 11 avril 2013, Soukupovss, C-401/11, non encore publié au Recueil, point 28).
49. Wanneer een lidstaat, zoals in het hoofdgeding, steunmaatregelen voor warmtekrachtkoppeling en hernieuwbare energiebronnen aanneemt binnen een kader zoals vastgesteld door richtlijn 2004/8, meer bepaald artikel 7 ervan, en richtlijn 2001/77, meer bepaald artikel 4 ervan, en aldus het recht van de Unie ten uitvoer brengt, moet hij bijgevolg het met name in de artikelen 20 en 21 van het Handvest neergelegde beginsel van gelijke behandeling en non-discriminatie in acht nemen (zie in die zin arrest van 11 april 2013, Soukupovss, C-401/11, nog niet gepubliceerd in de Jurisprudentie, punt 28).