1. Lorsqu'un État membre a la preuve qu'il existe un danger imminent d'entrée d'un organisme de quarantaine de l'Union sur le territoire de l'Union ou sur une partie de ce territoire où il n'était jusqu'alors pas présent, il en informe immédiatement par écrit la Commission et les autres États membres.
1. Wanneer een lidstaat beschikt over bewijzen waaruit blijkt dat er onmiddellijk gevaar dreigt dat een EU-quarantaineorganisme binnenkomt op het grondgebied van de Unie of een deel daarvan waar dat EU-quarantaineorganisme tot dusver nog niet aanwezig is, stelt de lidstaat de Commissie en de overige lidstaten onmiddellijk schriftelijk van dat bewijs in kennis.