Dans le septième moyen, la partie requérante fait valoir que les articles 138ter -1, 138ter -3, 138ter -4, 138ter -6, 138ter -8, 138ter -9 et 138ter -12 de la loi du 25 juin 1992, insérés par les articles 3, 5, 6, 8, 10, 11 et 14 de la loi du 21 janvier 2010, ne sont pas compatibles avec les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec le principe de l'unité du pouvoir réglementaire tel qu'il serait contenu dans les articles 33, 37 et 108 de la Constitution, en ce qu'ils octroient un pouvoir de décision réglementaire ou discrétionnaire à des organes ou établissements qui n'ont aucune responsab
ilité politique à l'égard d'une assemblée dém ...[+++]ocratiquement élue ni ne se trouvent pas sous la tutelle d'un organe qui porte une telle responsabilité politique et en ce qu'ils établissent dès lors une différence de traitement, sans justification objective et raisonnable, entre, d'une part, les assureurs qui proposent des assurances du solde restant dû, à l'égard desquels il est dérogé au principe de l'unité du pouvoir réglementaire, et d'autre part, les autres assureurs et justiciables, à l'égard desquels il n'est pas dérogé à ce principe.In het zevende middel voert de verzoekende partij aan dat de artikelen 138ter -1, 138ter -3, 138ter -4, 138ter -6, 138ter -8, 138ter -9 en 138ter -12 van de wet van 25 juni 1992, ingevoegd bij de artikelen 3, 5, 6, 8, 10, 11 en 14 van de wet van 21 januari 2010, niet bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het beginsel van de eenheid van de verordenende bevoegdheid, zoals het tot uiting komt in de artikelen 33, 37 en 108 van de Grondw
et, doordat zij aan organen of instellingen die geen politieke verantwoordelijkheid dragen ten aanzien van een democratisch verkozen vergadering en niet onder het
...[+++] toezicht staan van een orgaan dat een dergelijke politieke verantwoordelijkheid draagt, een verordenende of discretionaire beslissingsbevoegdheid verlenen, en aldus, zonder objectieve en redelijke verantwoording, een verschil in behandeling in het leven roepen tussen, enerzijds, verzekeraars die schuldsaldoverzekeringen aanbieden, ten aanzien van wie wordt afgeweken van het beginsel van de eenheid van de verordenende bevoegdheid, en, anderzijds, andere verzekeraars en rechtsonderhorigen, ten aanzien van wie niet wordt afgeweken van dat beginsel.