Remplir l'éprouvette cylindrique jusqu'au repère avec de l'eau bidistillée (ou d'une pureté équivalente, par exemple de l'eau microfiltrée d'une conductivité de 18,2 MΩ/cm), dont la température sera comprise entre 15 et 25 °C, mais se situera de préférence à 20 °C.
Vul de maatcilinder tot de maatstreep met dubbel gedestilleerd water (of water met een gelijkwaardige zuiverheid, zoals gemicrofiltreerd water met een geleidingsvermogen van 18,2 MΩ/cm) bij een temperatuur tussen 15 en 25° C, maar bij voorkeur bij 20° C.