3. Chaque Etat Partie prend, conformément aux principes fondamentaux de son droit interne, les mesures civiles et administratives nécessaires pour préserver l'intégrité des livres et états comptables, états financiers ou autres documents concernant les dépenses et recettes publiques et pour en empêcher la falsification.
3. Iedere Staat die partij is, neemt overeenkomstig de grondbeginselen van zijn nationaal recht de civiele en bestuurlijke maatregelen die noodzakelijk zijn om de integriteit van de boeken en boekhoudkundige staten, financiële staten of andere stukken betreffende de overheidsuitgaven en -inkomsten te waarborgen en vervalsing ervan te voorkomen.