Une autre critique du Conseil central de l'économie résulte de ce que la majorité de ses membres s'interroge sur la pertinence du choix du coefficient de pondération proposé dans l'article 3, § 2, du projet de loi, à savoir « le poids que représente le P.I. B. global de l'ensemble des États membres de référence, exprimé en monnaie commune ».
Een andere kritiek van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven volgt uit het feit dat het merendeel van zijn leden zich afvraagt of er niet gekozen moet worden voor een andere wegingscoëfficiënt dan die voorgesteld in artikel 3, § 2, van het wetsontwerp : « het gewicht van het bruto binnenlands produkt in waarde van elk land in het totale bruto binnenlands produkt van alle referentie-lidstaten samen, uitgedrukt in gemeenschappelijke munt ».