Dans l'hypothèse où la Cour de justice estimerait que le mandat d'arrêt européen délivré aux fins d'exécution d'une condamnation par défaut à une
peine privative de liberté contre laquelle existe encore un recours ne tombe pas dans le champ d'application de l'article 5, point 3), de la décision-cadre, se poserait alors la question de savoir si cet article, lu en combinaison avec l'article 4, point 6), de la même décision-cadre, s'oppose à ce qu'il soit permis aux autorités judiciaires d'exécution de subordonner la remise de la personne qui fait l'objet d'un mandat d'arrêt européen à la condition
...[+++]qu'elle soit renvoyée en Belgique afin d'y subir la peine ou la mesure de sûreté privatives de liberté à laquelle elle serait condamnée définitivement par les autorités judiciaires de l'Etat d'émission.In het geval dat het Hof van Justitie zou oordelen dat het Europees aanhoudingsbevel dat is uitgevaardigd met het oog op de tenuitvoerlegging van een veroordeling bij verstek tot een vrijheidsstraf waartegen nog een rech
tsmiddel openstaat, niet onder het toepassingsgebied van artikel 5, punt 3), van het kaderbesluit valt, dan zou de vraag rijzen of dat artikel, in samenhang gelezen met artikel 4, punt 6), van hetzelfde kaderbesluit, zich ertegen verzet dat het de uitvoerende rechterlijke autoriteiten mogelijk zou worden gemaakt de overlevering van de persoon op wie een Europees aanhoudingsbevel betrekking he
eft, afhan ...[+++]kelijk te stellen van de voorwaarde dat die persoon naar België wordt teruggezonden teneinde de vrijheidsstraf of de tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel ten uitvoer te leggen waartoe die persoon door de rechterlijke autoriteiten van de uitvaardigende Staat definitief zou zijn veroordeeld.