Art. 3. Le régime d'indemnité complémentaire visé à l'article 1 de la présente convention collective de travail est prévu pour les ouvriers : 1° ayant atteint ou atteignant, au moment de la fin de leur contrat de travail et au plus tard le 31 décembre 2016, l'âge de 58 ans ou plus; 2° satisfaisant aux conditions régissant la mati
ère, prévues par la législation et plus particulièrement par l'arrêté royal du 3 mai 2007 régissant le régime de chômage avec complément d'entreprise et en particulier l'article 3, § 6 de l'arrêté royal précité et la convention collective de travail n° 114 du Conseil national du travail fixant les conditions d'
...[+++]octroi d'une indemnité complémentaire dans le cadre du chômage avec complément d'entreprise pour certains travailleurs âgés moins valides ou ayant des problèmes physiques graves, en cas de licenciement; 3° qui sont licenciés, sauf en cas de motif grave au sens de la législation relative aux contrats de travail.Art. 3. De in artikel l van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde regeling van aanvullende vergoeding wordt voorzien voor de arbeiders die : 1° de leeftijd van 58 jaar of meer hebben bereikt of zullen bereiken op het einde van hun arbeidsovereenkomst en uiterlijk op 31 december 2016; 2° voldoen aan de terzake geldende voorwaarden voorzien in
de wetgeving terzake en meer bepaald in het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, en in het bijzonder artikel 3, § 6 van voornoemd koninklijk besluit en collectieve arbeidsovereenkomst nr. 114 van de Nationale Arbeidsraad
...[+++], tot vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van een aanvullende vergoeding in het kader van de werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere mindervalide werknemers en werknemers met ernstige lichamelijke problemen, indien zij worden ontslagen; 3° ontslagen worden, behoudens wegens dringende reden zoals bedoeld in de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten.