La maintenance d'un aéronef visé à l'article 2, 2°, a) ou b), dont la masse opérationnelle maximum au décollage est inférieure ou égale à 2.000 kg, est réalisée par le pilote-propriétaire, et/ou par du personnel agréé et/ou par un atelier agréé.
Het onderhoud van een in artikel 2, 2°, a) of b) bedoeld luchtvaartuig met een maximum operationeel opstijgmassa kleiner dan of gelijk aan 2.000 kg moet worden uitgevoerd, door de piloot-eigenaar, en/of door erkend personeel en/of door een erkende werkplaats.