Art. 7. Lorsque l'employeur, son préposé ou mandataire, soit n'étaient pas présents lors de la recherche et de l'examen visés à l'article 4, 2°, c), soit n'y consentaient pas de plein gré, l'inspecteur de l'emploi doit informer par écrit l'employeur de l'existence de cette recherche et de cet examen ainsi que des supports d'information qui ont été copiés.
Art. 7. Wanneer de werkgever, zijn aangestelde of lasthebber, hetzij niet aanwezig waren bij de opsporing en het onderzoek bedoeld bij artikel 4, 2°, c), hetzij daarmee niet vrijwillig instemden, dient de werkgelegenheidsinspecteur de werkgever schriftelijk te informeren over het feit dat die opsporing en dit onderzoek hebben plaatsgehad en over de informatiedragers die werden gekopieerd.