Art. 21. Les prestations des membres visés à l'article 22, § 2, alinéa 1,1° à 4° et 6° du décret, et des membres des plates-formes de concertation visées aux articles 23 et 23bis du décret, délégués par le C. A.A.J. et qui sont travailleurs d'un service agréé, sont considérées comme des prestations réalisées pour le compte de l'employeur.
Art. 21. De prestaties van de leden bedoeld bij artikel 22, § 2, eerste lid, 1° tot 4° en 6° van het decreet, en van de leden van de overlegplatformen bedoeld bij de artikelen 23 en 23bis van het decreet, afgevaardigd door de Arrondissementsraad voor hulpverlening aan de jeugd en die werknemers zijn van een erkende dienst, worden geacht als zijnde prestaties geleverd voor de rekening van de werkgever.