8. constate que le projet d
e budget de l'Union pour 2016 s'élève à 153,5 milliards d'EUR en crédits d'engagement (dont
4,5 milliards d'EUR provenant du budget 2014) et à 143,5 milliards d'EUR en
crédits de paiement; relève que, abstraction faite de l'effet de la reprogrammation en 2015 et en 2016, ces montants représentent une augmentation de +2,4 % pour les
crédits d'engagement et de +1,6 % pour les
crédits ...[+++] de paiement par rapport au budget 2015; insiste sur le fait que ces augmentations globalement modérées, qui respectent la trajectoire fixée par le CFP et tiennent compte de l'inflation, ne constituent pratiquement pas d'augmentation en termes réels, ce qui souligne l'importance de l'efficience et de l'efficacité des dépenses; 8. merkt op dat de ontwerpbegroting van de EU voor 201
6 voorziet in 153,5 miljard EUR aan vastleggingskredieten (inclusief 4,5 miljard EUR geherprogrammeerd van 2014) en 143,5 miljard EUR aan betalingskredieten; wijst erop dat, zonder rekening te houden met de herprogrammering in 2015 en 2016, dit neerkomt op een stijging van +2,4 % voor de vastleggingskredieten en van +1,6 % voor de betalingskredieten ten opzichte van de begroting 2
015; benadrukt dat deze globaal genomen lichte verhogingen, overeenkomstig de krijtlijnen van het MFK
...[+++] en met inflatiecorrectie, in reële cijfers nauwelijks een verhoging inhouden, wat betekent dat doelmatigheid en doeltreffendheid van de uitgaven uitermate belangrijk zijn;