Les États membres prennent les mesures nécessaires pour ériger en infraction pénale punissable la production, la vente, l’obtention pour utilisation, l’importation, la diffusion ou d’autres formes de mise à disposition intentionnelles d’un des outils suivants lorsque l’acte est commis sans droit et dans l’intention de l’utiliser pour commettre l’une des infractions visées aux articles 3 à 6, au moins lorsqu’il ne s’agit pas de cas mineurs:
De lidstaten treffen de nodige maatregelen om het opzettelijk vervaardigen, verkopen, verkrijgen voor gebruik, invoeren, verspreiden of op andere wijze beschikbaar maken van één van de volgende instrumenten, indien dat opzettelijk geschiedt en met het oogmerk deze te gebruiken voor het plegen van een van de in de artikelen 3 tot en met 6 bedoelde feiten, strafbaar te stellen, althans voor gevallen die niet onbeduidend zijn: