Art. 2. Si une contestation survient dans une entreprise concernant la durée de formation pour une fonction, la durée requise, évaluée pour la fonction de référence concernée selon le critère 2 "
expérience" de la méthode d'évaluation utilisée pour l'établissement de la classification de fonctions pour les ouvriers, introduite par la convention collective du travail du 4 mars 1993 et actualisée par la convention collective du travail du 9 novembre 2001, s'applique comme directive pour autant que les conditions concernant le niveau de connaissance de base prévu selon le critère 1 " formatio
n" de la méthode d' ...[+++]évaluation précitée, soient remplies.
Art. 2. Indien er zich in een onderneming een betwisting stelt in verband met de opleidingstijd voor een functie, zal de vereiste tijd, gewaardeerd voor de desbetreffende referentiefunctie in het criterium 2 " ervaring" van de waarderingsmethode, gehanteerd voorde totstandkoming van de functieclassificatie voor de arbeiders zoals ingevoerd met de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 maart 1993 en geactualiseerd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 november 2001, gelden als richtlijn voorzover aan de vereisten inzake basiskennisniveau zoals opgenomen in criterium 1 " opleiding" van voornoemde waarderingsmethode, voldaan is.