Si le ministre n'a pris aucune décision dans un délai de trois mois, le recours est réputé fondé et la décision du Fonds de participation est annulée de plein droit, en sorte que l'établissement est alors reconnu comme » établissement entravé » (article 6, § 4, alinéa 2, de la proposition de loi).
Indien de minister geen beslissing heeft genomen binnen een termijn van drie maanden, wordt het beroep geacht gegrond te zijn en wordt de beslissing van het Participatiefonds van rechtswege vernietigd. De inrichting wordt ook dan als « gehinderde inrichting » erkend (artikel 6, § 4, tweede lid, van het wetsvoorstel).