Elles considèrent au contraire que, compte tenu de l'apport individuel moyen limité (1.860 euros), du nombre important de leurs coopérateurs (800.000) et de l'affaiblissement, à l'époque, de la confiance dans les marchés financiers, l'absence de la mesure en cause n'aurait pas pu aboutir à une telle conséquence, mais uniquement à ce que ce capital soit éventuellement déposé dans des banques de dépôts ou dans des organismes d'assurances-vie.
Zij zijn integendeel van mening dat de ontstentenis van de in het geding zijnde maatregel, rekening houdend met de beperkte gemiddelde individuele inbreng (1.860 euro), met het grote aantal coöperanten (800.000) en met de achteruitgang, destijds, van het vertrouwen in de financiële markten, geen dergelijk gevolg met zich mee had kunnen brengen, maar enkel ertoe had kunnen leiden dat dat kapitaal eventueel in depositobanken of bij levensverzekeringsinstellingen zou zijn gedeponeerd.