43. En particulier, le lancement des premières sessions de l'examen périodique universel (EPU), mécanisme novateur permettant d'examiner la situation des droits humains dans chaque pays du monde, exige des États membres du Conseil qu'ils agissent en permanence de bonne foi et avec diligence afin que les engagements pris en matière d'amélioration de la protection des droits humains se traduisent par des progrès réels.
43. Het begin van de eerste rondes van het universele periodieke onderzoek (UPR), dat een nieuw instrument is voor de herziening van de mensenrechtensituatie in elk land ter wereld, vereist dat de lidstaten van de Raad gezamenlijk, in goed vertrouwen en zorgvuldig handelen, zodat de verbintenissen die hij is aangegaan inzake de verbetering van de bescherming van de mensenrechten zich vertalen in daadwerkelijke vooruitgang.
