§ 1. Afin de préserver l'intégrité des voies navigables sous sa gestion et de leurs dépendances, la société peut prendre ou faire prendre toutes les mesures nécessaires sur ou près des biens immobiliers qui n'appartiennent pas à son patrimoine, à condition qu'elles puissent être motivées par la sauvegarde de l'ordre public, de la sécurité publique et de la santé publique ou pour des raisons impérieuses d'intérêt général.
§ 1. Om de integriteit van de waterwegen in haar beheer en de aanhorigheden ervan te vrijwaren, kan de vennootschap alle noodzakelijke maatregelen nemen of laten nemen op of aan onroerende goederen die niet tot haar patrimonium behoren, telkens als dat kan worden gemotiveerd vanuit de vrijwaring van de openbare orde, de openbare veiligheid en de openbare gezondheid of om dwingende redenen van algemeen belang.