Le président, M. Armand De Decker, déclare qu'il ne s'attendait pas à ce que le premier président de la Cour militaire avance l'argum
ent qu'il n'est pas opportun que le constituant interdi
se au législateur d'avoir recours, en temps de paix et dans des circonstances déterminées, aux juridictions militaires, alors qu'aux termes de l'actuel article 157, alinéa 1, de la Constitution, il appartient au législateur de régler au moyen de lois particulières, entre autres, la compétence de ces juridicti
...[+++]ons.
De voorzitter, de heer Armand De Decker, verklaart zich niet te hebben verwacht aan het argument van de eerste voorzitter van het Militair Gerechtshof dat het niet opportuun is dat de Grondwetgever de wetgever zou verbieden om in bepaalde omstandigheden in vredestijd een beroep te doen op de militaire gerechten, terwijl het volgens het vigerende artikel 157, eerste lid, van de Grondwet aan de wetgever toekomt om bij bijzondere wetten, onder andere de bevoegdheid van deze gerechten te regelen.