Les ouvriers et
ouvrières visés à l'article 5, § 1 et à l'article 5bis, § 6, travaillant à temps partiel et déclarés malades, ont droit, à l'expiration de la première période de 260 jours civils d'incapacité continue prévue à l'article 22, § 2, à l'indemnité
prévue à l'article 20bis, § 2, dans la mesure où ils répondent aux trois premières conditions posées à l'article 22t
er, § 1, et ont, en outre, au moins 60 ans pour les hommes e
...[+++]t 55 ans pour les femmes à la date du 260e jour civil visé à l'article 22, § 2.De in artikel 5, § 1 en de in artikel 5bis, § 6, bedoelde werklieden en werksters, tewerkgesteld in een deeltijdse dienstbetrekking en die ziek worden verklaard, hebben na het verstrijken van de eerste periode van 260 kalenderdagen voortdurende ongeschiktheid bepaald in artikel 22, § 2, recht op de vergoeding, vas
tgesteld in artikel 20bis, § 2, voor zover ze voldoen aan de eerste drie voorwaarden gesteld in artikel 22ter, § 1, en daarenboven ten minste 60 jaar zijn voor de mannen en 55 jaar voor de vrouwen op de datum waarop de in artikel 22, § 2, bedoeld
...[+++]e 260e kalenderdag wordt bereikt.