Au cours de cette épreuve, l'évaluation portera principalement sur les éléments suivants : connaissances professionnelles générales, aptitude générale à exercer une fonction au Sénat et en particulier la fonction d'assistant spécialisé en « gestion salariale » (personnalité et maturité, motivation, etc.), aptitude à communiquer oralement en français et en néerlandais, compétences opérationnelles (analyse, résolution de problèmes, organisation, travail en équipe et orientation vers les résultats).
Tijdens het vierde gedeelte zullen o.m. de volgende elementen worden getoetst : algemene vakkennis, algemene geschiktheid voor het uitoefenen van een betrekking bij de Senaat en voor de functie van assistent « loonadministratie » in het bijzonder (o.m. persoonlijkheid en maturiteit, motivatie), mondelinge communicatievaardigheid in het Nederlands en het Frans, operationele competenties (analyseren, problemen oplossen, organiseren, samenwerken en resultaatgerichtheid).