Dans le premier scénario, l'aéroport devait continuer à enregistrer des pertes jusqu'en 2008, tandis qu
e dans le second, l'aéroport devait déjà atteindre le seuil de rentabilité en 2005 sur la base de recettes annuelles supérieures de 7 % en moyenne dans un
scénario de concession «globale» par rapport au
scénario «temporaire» (en grande partie en raison de recettes extra-aéronautiques supérieures — des activités de publicité, de stationnement et des ventes de carburant plus efficaces devaient
...[+++]entraîner les revenus commerciaux à la hausse).
In het eerste scenario zou de luchthaven naar verwachting verliezen blijven opstapelen tot 2008, terwijl in het tweede scenario de luchthaven al in 2005 het break-evenpoint zou bereiken, omdat de jaarinkomsten gemiddeld 7 % hoger zouden liggen in het scenario van de „alomvattende” concessie dan in het scenario van de „tijdelijke” concessie (voornamelijk dankzij hogere niet-luchtvaartgerelateerde inkomsten: meer doeltreffende reclameactiviteiten, parkeergelegenheid voor auto's en brandstofverkoop zouden de commerciële inkomsten stimuleren).