Les emplois du Fonds seront attribués par priorité d'abord aux personnes qui faisaient partie du personnel de la Société nationale du Logement et de la Société nationale terrienne au moment de leur mise en dissolution et qui étaient chargées des tâches relatives aux émissions d'emprunt, ensuite aux autres membres du personnel de ces sociétés et enfin aux membres du personnel en fonction dans les ministères et organismes d'intérêt public relevant de l'autorité, de la tutelle ou du pouvoir de contrôle de l'Etat, des Communautés ou des Régions.
De betrekkingen van het Fonds zullen bij voorrang eerst worden toegewezen aan de personen die deel uitmaakten van het personeel van de Nationale Maatschappij voor de Huisvesting en de Nationale Landmaatschappij op het ogenblik van hun ontbinding en die belast waren met taken in verband met de uitgifte van leningen, vervolgens aan de andere personeelsleden die in dienst zijn bij de ministeries en de instellingen van openbaar nut die onder het gezag, de voogdij of het toezicht staan van de Staat, de Gemeenschappen of de Gewesten.